EEN BOEK IS GEEN KROKET DIE JE IN EEN AUTOMATIEK UIT DE MUUR TREKT
Michel Krielaars in de NRC van 23 april 2020
Tijdens een wandeling langs een paar Amsterdamse boekhandels merkte ik het verschil. Zij die hun papieren waar vanachter een loket verkochten, deden minder goede zaken dan zij die de poorten naar hun schatkamers open hielden. In de twee winkels waar de klanten langs het hele assortiment mochten dwalen, werd hoogstens 20 procent minder verkocht dan in gezondere tijden. Na het deprimerende nieuws dat bij veel boekhandels een omzetverlies van 80 tot 90 procent wordt geleden en binnen het komende half jaar bijna de helft van de fysieke boekhandels zal verdwijnen, gaf dat me een sprankje hoop. Want waar zou ik zijn zonder een wekelijks bezoek aan de boekhandel, waar ik kan rondsnuffelen om nieuwe ontdekkingen te doen. Een boek is tenslotte geen kroket die je in een automatiek uit de muur trekt, maar een hoofdgerecht dat je eerst op de menukaart bestudeert voordat je het bestelt.
De enige die profiteert van de coronacrisis is bol.com, dat zijn omzet met 40 procent zag stijgen. En door dat nieuws verdampte mijn hoop meteen. Als het erop aan komt kiezen boekenkopers blijkbaar toch voor het instant gemak van de kroket en doen ze geen moeite om bij een boekhandel een bestelling te plaatsen die na een paar dagen wordt geleverd.
In een van die geopende boekhandels stuitte ik op Stefan Zweigs Fantastische nacht en andere verhalen. Ik begon erin te bladeren en begon aan het verhaal ‘Boekenmendel’, dat over een wereldvreemde boekhandelaar gaat, die in een koffiehuis kantoor houdt en een wandelende bibliotheek is.
Even waande ik me in het Wenen van voor de Eerste Wereldoorlog, zo genoot ik van het elegante proza van Zweig. Mijn leesgenot werd onderbroken toen een klant aan de directeur vroeg: „Hebt u ook De wereld van gisteren van Zweig?” „Het is op”, antwoordde de boekhandelaar, kijkend in zijn computer. „Niet zo vreemd”, zei de klant. „Ik heb het de afgelopen tijd al tien keer cadeau gedaan.”
Op dat moment zag ik De wereld van gisteren naast Fantastische nacht liggen. Ik zei het tegen de boekhandelaar, die op de valreep zijn klant gelukkig kon maken. „Toch weer negen euro verdiend”, zei hij. Ondanks die winst werd het mij toch droef te moede. Want ineens besefte ik dat veel mensen vooral boeken kopen om die aan anderen cadeau te doen en dat niemand voorlopig nog zijn verjaardag kan vieren.
Mijn volgende stop was boekhandel Schimmelpennink, die op 1 mei zijn deuren sluit. Daar was het ongekend druk. Waar de klanten hun gezicht lang niet hadden laten zien, stonden ze ineens te dringen voor de opheffingsuitverkoop. Alsof die 20 procent korting een zaak van overleven was. „Ik zit er niet mee”, zei de boekhandelaar. „Aan die klanten dank ik de vijfentwintig gelukkigste jaren van mijn leven.”
Een kilometer verderop belandde ik bij boekhandel Zwart Op Wit. Ook die bleek geen grote verliezen te lijden, omdat de vaste klanten niet naar bol.com gaan, maar hun buurtwinkel trouw blijven. Wel wordt Zwart Op Wit bedreigd door een forse huurverhoging. En daardoor zou er wel eens opnieuw een goede boekhandel kunnen verdwijnen.