Een ongelijke, maar gelijkwaardige vriendschap

In de Groene Amsterdammer van 13 augustus jl. schrijft Cyrille Offermans in een recensie van Zomer van de Vriendschap (Volker Weidermann) liefdevol over de spannende vriendschap tussen Stefan Zweig en Joseph Roth.  De kracht waarmee Roth zich weet uit te drukken wordt door Offermans meerdere malen terecht aangehaald. Bijvoorbeeld de zin:

“U hebt gelijk, Europa pleegt zelfmoord, en de langzame en gruwelijke manier waarop dit gebeurt kom doordat het een lijk is dat zelfmoord pleegt”.

Het is spijtig dat de koppenmakers van De Groene Amsterdammer “Een lijk dat zelfmoord pleegt” boven een artikel over Stefan Zweig zetten.  Je hart staat stil,  totdat je verderop in het artikel leest dat de kop op de toestand van Europa slaat en niet op Zweig.  Maar dit slechts terzijde, want het artikel zelf is goed onderbouwd, informatief en tekenend voor de relatie tussen Zweig en Roth.

Op één punt schat Offermans de vriendschap tussen Zweig en Roth te mager in. Hij spreekt over een “asymmetrische” en zelfs tragische vriendschap en stelt dat het verschil in temperament, vastberadenheid en directheid de vriendschap tot het einde toe onder spanning blijft zetten.

Deze mening berust op de veronderstelling dat vriendschap vooral drijft op gelijkgestemdheid en herkenning tussen mensen. Ik denk echter  dat vriendschappen evenzeer gebaseerd kunnen zijn op verschillen. Ze ontstaan in die gevallen waarin de ander iets biedt dat jijzelf juist niet hebt (en graag zelf zou hebben).  Op deze wijze wordt de vriend een welkome aanvulling op jezelf. Spannende vriendschappen kenmerken zich vaak door deze eigenschap.

Ik denk dat Zweig graag zelf meer van de doortastendheid en de levendige literaire gaven van Roth had willen bezitten. Roth kon, praktisch gezien,  de rijkdom van Zweig  goed gebruiken, maar hij zou daarnaast prima iets van de planmatigheid en controle die Zweig in zijn carrière en grote delen van zijn leven wist te brengen kunnen gebruiken.

Het staat vast dat beide schrijvers elkaar diepgaand vonden in de liefde voor hun literaire werk en in hun jood-zijn.  Zie hiervoor beeldende beschrijvingen van Weidermann in zijn boekje “Ostende”.  De intensiteit van hun vriendschap berustte naar mijn mening echter vooral op de wederzijds begerenswaardige verschillen in persoonlijkheid. Een spannende, gelijkwaardige vriendschap.

Dirk Jansen

Comments are closed.