Stefan Zweig was een Europeaan in hart en nieren. Hij was gewend om zonder paspoort door heel Europa te reizen. Nationale staten waren in zijn ogen de bedreiging van Europa, want zij ontkennen “de Europese kulturele eenheid”. Wat hem ergerde was de dubbele tong waarmee politici over Europa praatten: in eigen land buigen ze mee met de populisten (vreselijke regelzucht, landen mogen zelf niets meer beslissen, kost handenvol geld) en in Europese kringen smeedden ze plannen tot grotere samenwerking en eenheid.
Zweig vond dan ook dat er een Europees controlepunt moest komen die de onwaarheden die politici in eigen land over Europa vertellen aan de kaak stellen: “zo kunnen we bereiken dat ieder leugen voortijdig en voordat het zijn eigen leven gaat leiden de kop ingedrukt wordt”.
In onze tijd zou het voorstel voor “weer een nieuw controle orgaan” ongetwijfeld weerstand oproepen. Gelukkig neemt de pers steeds meer de rol op zich om politici met dubbele tongen aan de schandpaal te nagelen.
Dit neemt niet weg dat de dubbelhartigheid over een politiek meer geïntegreerd Europa die meerdere politici in onze tijd laten zien ook al een kleine eeuw geleden in Midden-Europa aan de orde was. Het hierboven genoemde idee van Zweig is afkomstig uit een nooit uitgesproken rede die hij in 1934 in Parijs wilde houden. De politieke situatie in Europa liet een dergelijke rede niet toe.
Zie voor de inhoud van deze rede: Stefan Zweig, Einigung Europas, eine Rede. Tartin Editionen